Zeeuw JGzn. P. de - 2 waargebeurde oorlogsverhalen - Onder de Duitse bezetting (1940-1945)
De sprong in de sneeuw - Meneer Verbeek heeft meegedaan had aan de spoorwegstaking tegen de Duitsers. Wanneer hij in de hongerwinter bij een boer om etenswaren gaat halen, wordt hij gevangen genomen en per trein naar Duitsland op transport gezet. Onderweg springt hij uit rijdende trein in de sneeuw en probeert zo te ontkomen....
De wraak van de sluiswachter * De oorlog met Duitsland breekt uit. Mensen en beesten uit Nieuwkerk moeten naar Keistad evacueren. Jaap van de sluiswachter helpt zijn vader een handje met het veetransport. Dan ontsnapt er een koe. Als Jaap de koe bijna gevangen heeft, valt er een bom. Zwaargewond raakt hij. Plotseling stort er een Duitse bommenwerper neer in het IJsselmeer. Twee Duitse piloten verkeren in levensgevaar. Welke keus maakt de sluiswachter, als hij dat ziet?
************************
Hoofdstuk 1 - Een verraderlijke overval
‘Jaap, Jaap, hoor toch es!’
Jaap krijgt een stevige stoot in z’n ribben, maar blijft toch nog rustig doorslapen. Gisteren is hij jarig geweest, dertien jaar geworden, en daardoor is hij laat naar bed gegaan. Geen wonder, dat je dan om vier uur ’s ochtends nog niet uitgeslapen bent.
Maar Kees, z’n broertje, die twee jaar jonger is dan hij, is klaarwakker en blijft aanhoudend roepen.
‘Jaap, hoor dan toch es, wat een vliegtuigen! Hoor eens, ze schieten ook!’
Nu wordt Jaap toch eindelijk wakker en nog half-dromend zegt hij: ‘’t Zullen oefeningen zijn, Kees, ga maar weer maffen, hoor.’
‘Oefeningen?’ vraagt Kees ongelovig. ‘Daar geloof ik niets van. Daarvoor is de herrie veel te groot. Kom, joh, ik ga eruit om eens te kijken wat er aan de hand is.’
Kees Verveer voegt de daad bij het woord en staat meteen op z’n blote voeten naast zijn bed. Hij loopt door ’t schemerige vertrekje naar een klein raampje, dat hij openschuift, om dan z’n hoofd naar buiten te steken.
‘Jaap, Jaap, kom nu eens gauw kijken, allemaal Duitse vliegtuigen, geloof ik.’
‘Die zullen naar Engeland gaan’, meent Jaap, die nu eindelijk ook uit zijn bed gesprongen is en naast zijn broer komt staan.
‘Stil eens, daar wordt geschoten, geloof ik’, zegt Kees.
‘Afweergeschut natuurlijk. Die vliegtuigen mogen toch niet over neutraal gebied vliegen. En als ze het tóch doen, dan proberen we ze neer te paffen, da’s nogal wiedes’, lucht Jaap z’n wijsheid.
Kees is het daar helemaal mee eens.
Maar ’t is toch wel een groot aantal vliegtuigen, dat vannacht verdwaald schijnt te zijn. Hoor eens, daar wordt alweer geschoten.
‘Ze zullen ons toch niet aanvallen?’ vraagt Kees opeens, verschrikt.
‘Och, kom nou, dat zou toch gemeen zijn. Wij hebben toch geen ruzie met ze? Onze koningin en onze regering hebben die Duitsers niets misdaan. Waarom zouden ze ons dan aanpakken?’
‘Weet ik nog niet, ’t was wel gevaarlijk, hoorde ik vader gisteren nog tegen een schipper zeggen, die geschut werd in de sluis.’
‘En onze koningin heeft vorig jaar nog zo haar best gedaan, om weer vrede te maken. Je weet wel, samen met koning Leopold van België.’
‘Ja, maar daar zijn de Duitsers toen niet op ingegaan.’
‘Nee, natuurlijk niet, die vechten liever.’ Sprong in de sneeuw Mijnders veilig
*******************
Beide oorlogsverhalen zijn echt gebeurd. De auteur heeft deze geschiedenissen voor jong en oud zeer boeiend beschreven. Doelgroep: JONG en OUD (voor wat betreft de jongeren: vanaf 10 jaar)
Uitg. Nieuw!