Gods leidingen met Johannes Hus. Een verhaal uit het blad "Eskol" van vrieger jaren en geschreven door een kindervriend.
Te Hussinecz, een dorp in Bohemen, woonden een paar arme, maar godzalige lieden, die met de handen hun dagelijks brood moesten verdienen. Of hun gelukkig huwelijk vroeger reeds met kinderen gezegend was, weten wij niet, maar op de 6de juli 1373 werd hun door Gods goedheid een zoon geboren, die zij Johannes noemden. Een schone naam voorwaar, want hij betekent: "God is genadig" en werd weleer door een man gedragen, die door God was gezonden, om een voorloper en wegbereider van de Messias te worden. En ook deze Johannes was in de weg van Gods aanbiddelijke Voorzienigheid tot een voorloper en wegbereider in de tijd der kerkhervorming, en het licht zou uitbreken als de glans van de dageraad.
Met grote mannen houdt de grote God Zijn eigen weg. Hij kiest ze doorgaans uit de geringen en armen der wereld, opdat de wereld het zien moge dat er geen aanzien van persoon bij Hem is. Waren ook de Apostelen niet mannen uit geringe en onedele stand bij de wereld gesproten? Moest ook Luthers vader niet, evenals de vader van onze Johannes, van de arbeid zijner handen leven? Of de laatste in het bos ging om hout te hakken, dan of de eerste in de groeve daalde, om stenen te houwen, dat maakte immers geen onderscheid.
Uitg. Romijn en van der Hof, 62 pagina's gebonden. In goede staat!
© 2024 www.refoboek.com - Powered by Shoppagina.nl